De nieuwe biomassa-energiecentrale (BMEC) van Attero in Odiliapeel is nog maar net in bedrijf en de eerste uitbreiding van de verwerkingscapaciteit is al in zicht.
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant maakten vrijdag bekend akkoord te zijn met een revisievergunning die Attero had aangevraagd voor de installatie. "Het gaat niet om een uitbreiding van de installatie, maar om het kunnen accepteren van biomassa met een gemiddeld lagere calorische waarde", licht Attero-woordvoerder Léon Dirrix toe. "De thermische capaciteit van de installatie blijft ongewijzigd. Om dezelfde stoomproductie te krijgen heb je dan meer biomassa nodig als brandstof."
Attero merkt in de praktijk dat de energie-inhoud van de biomassa kan verschillen. Dirrix: "Onze afnemer is gebaat bij een constante levering van de hoeveelheid en de kwaliteit van de stoom. Daar sturen we op. Het kan zijn dat we op vollast draaien wat de input van biomassa betreft, maar thermisch gezien nog niet. Dat willen we graag ook vergunningtechnisch goed geregeld en vastgelegd hebben." Een voorzorgsmaatregel dus. Mocht de calorische waarde van de biomassa tegenvallen, dan kan het afvalbedrijf meer biologisch afval voeden om dezelfde productie te garanderen.
In oktober nam Attero de BMEC in Odiliapeel officieel in gebruik. De centrale, die een verwerkingscapaciteit van 24 kton houtsnippers per jaar heeft, levert stoom aan de nabijgelegen aardappelproducent van Peka Kroef. Het energierendement van de centrale ligt op 91 procent met een productie van 10 ton stoom per uur.
Tot en met 20 december kunnen er zienswijzen tegen de ontwerpbeschikking worden ingebracht.
» Bekijk de profielpagina op AfvalOnline of ga direct naar de website